Blackjack Termen

Een Volledige Gids van Blackjack Termen

Lees hieronder wat voor jargon er wordt gebruikt bij het spelen van deze casinoklassieker! De termen zijn vaak Engels, en alhoewel sommige casino’s ook wat vaker Nederlandse termen gebruiken, hebben wij ervoor gekozen om de Engelse termen soms te vertalen maar meestal origineel te laten, zodat je weet wat er geroepen wordt aan de blackjack tafel.

Beste Online Casino’s

Nummers:

‘21’: Dit refereert naar de tweede beste hand die je in een blackjack kunt krijgen, welke bestaat uit drie of meer kaarten die samen een puntenaantal van 21 maken.

Letters:

A

Anker (Anchor): De stoel rechts van de dealer wordt meestal omschreven als het ‘anker’. Wanneer je blackjack speelt zal je zien dat dit meestal de laatste stoel is waar men plaats op wilt nemen, aangezien de kaarten van links naar rechts worden gedeeld.

B

Bankier: De person die verantwoordelijk is voor het geld en de inzetten die worden gedaan tijdens een potje blackjack is de bankier. De bankier verzameld in feite de winsten en de verliezen.

Bankroll: Een bankroll is het budget dat een speler meeneemt om in te zetten bij het casino, of in dit geval dus bij een spelletje blackjack.

Basis Blackjack Strategie – De simpelere strategie die spelers gebruiken tijdens een blackjack ronde.

Inzet limieten – Normaal gesproken heeft ieder casino zowel een minimum als een maximum inzet die je kunt plaatsen op de blackjack tafel. Zo zou een voorbeeld van een minimum 1 of 5 euro kunnen zijn terwijl een maximum inzet meestal varieert van 10 tot 50 euro.

Inzet Ratio (Betting ratio): een inzetratio is een systeem dat wordt gehanteerd door de casino medewerkers om mensen te spotten die kaarten tellen en hun inzet verhogen als ze een goede hand hebben.

Bottom Dealing: Dit is een techniek die gebruikt kan worden door de dealer om vals te spelen. De dealer deelt dan plotseling één of twee kaarten vanaf de onderkant van zijn deck in plaats van de bovenkant, omdat hij de bovenste kaarten niet wilt uitdelen.

Blackjack: Een ‘natuurlijke blackjack’ is de beste hand die een speler kan krijgen gedurende een potje blackjack. Deze hand bestaat bijna altijd uit een Aas en een 10/ Koning/ Queen of Jack.

Kaarten Branden (Burn Cards): Wanneer een dealer tijdens blackjack kaarten ‘brandt’ houdt het in dat hij een aantal kaarten uit het deck haalt.

Break/ Bust: Wanneer iemand bust, heeft diegene een hand met twee of meer kaarten waarvan het totale punten aantal hoger ligt dan 21.

Buy: Deze term wordt veelal gebruikt in de Blackjack variant ‘Pontoon’, en refereert naar het verdubbelen van de inzet van de gokker.

C

Camouflage: Deze term suggereert dat een speler probeert te verbergen wat hij of zij aan het doen is van het casino. Meestal gedraagt een gokker die in een fysiek casino speelt zich dan dronken, of probeert op andere manieren zijn/haar strategie te verbergen, hierdoor raken de dealer en andere mensen aan de tafel in de war.

Card Sharp: zo noemt men iemand die bijzonder handig is met zijn kaarten.

Cut: Bij blackjack refereert de zin ‘cutting cards’ naar een methode van kaarten scheiden nadat het schudden van kaarten is voltrokken door de dealer.

Cut Kaarten: dit zijn gekleurde plastic kaarten die veelal gebruikt worden om een deck met kaarten te scheiden (cutten, knippen) nadat deze geschud is door de dealer.

D

D’Alembert Systeem: het d’alembert system is een progressieve inzet strategie die wordt toegepast door blackjack spelers. Het is één van de meest veilige systemen die je kunt gebruiken om je inzetten te verhogen na verlies of wanneer je bankroll aan de lage kant is. Lees meer over deze strategie op de Blackjack Inzet Strategie pagina van Veilig Casino.

Deal: Wanneer de dealer de kaarten deelt aan de spelers aan de blackjack tafel.

Dealer: De persoon die voor het casino werkt en verantwoordelijk is voor een goed en soepel potje blackjack. Hij deelt de kaarten aan de spelers en is tevens ook de tegenstander van de andere gokkers aan tafel.

Deck Penetratie: Deze zin wordt gebruikt om te beschrijven hoeveel kaartendecks een dealer gebruikt voordat hij ze door elkaar schudt. In een klassieke versie van Blackjack worden meestal tussen de 6-8 kaartendecks gebruikt.

Discard Tray: Dit is de plaats waar de kaarten worden geplaatst die niet (meer) mee doe aan het blackjack spel.

Double Down: Een blackjack speler kan ervoor kiezen om een tweede weddenschap te plaatsen op de tafel door voor de ‘double down’ optie te kiezen. De beslissing wordt meestal gebaseerd op de hand die een speler weet te bemachtigen tijdens het spel.

Draw: Dit woord is eigenlijk een synoniem voor de term ‘hit’. Dus wanneer een speler voor deze optie kiest, ontvangt hij/ zij een nieuwe kaart van de dealer.

E

Early Surrender (Vroege Overgave): Gedurende een blackjack spel kan een speler ervoor kiezen om zich over te geven en daarmee zijn eerste inzet op te geven voordat de dealer eventueel een blackjack vindt in zijn/haar eigen hand.

Even Money (Gelijkwaardig Geld): Wanneer je een natuurlijke blackjack in handen hebt en de eerste kaart van de dealer laat een aas zien, kun je ervoor kiezen om je winsten te innen voordat de dealer zijn andere kaart erbij pakt. De uitbetaling is in dit geval meestal 1:1.

F

Face Cards: Dit zijn alle kaarten uit het deck met plaatjes erop. Dit kan een boer, een koningin, een koning of een aas zijn. In een kaartendeck vind je vier van ieder bij harten, schoppen, klavers of ruiten.

Face Down Spel: Bij sommige varianten van blackjack wordt er één kaart met de afbeelding naar boven gedeeld en een tweede met de afbeelding naar beneden. Dit wordt ook wel de face down variant genoemd.

Face Up Spel: Hierbij worden alle kaarten zichtbaar gedeeld, zodat iedere speler alle kaarten kan zien.

First Base (eerste honk): deze term refereert naar een specifieke plaats rond de blackjack tafel. Het gaat dan om de plaats links van de dealer. Als je hier zit, zal je de eerste zijn om een kaart te ontvangen.

Flat Bet (platte inzet): Deze term wordt gebruikt als men bij iedere inzet dezelfde eenheid/ geldhoeveelheid neerlegt, gedurende een blackjack spel.

H

Hard Hand: de aas maakt het verschil tussen een ‘hard hand’ en een ‘soft hand’. Bij een hard hand wordt de aas geteld als 1 punt, maar bij een soft hand is de kaart 11 punten waard. Een ‘hard hand’ wordt soms ook omschreven als een ‘hard total’.

Heads Up or Heads On: Bij dit specifieke potje blackjack is er alleen een dealer en een speler aanwezig aan de tafel.

Hit: Dit is de term die men gebruikt om aan de dealer aan te geven dat hij of zij nog een kaart wil ontvangen.

Hole Card: De eerste kaart van de dealer, welke met de rug omhoog wordt gedeeld, is bekend als de ‘hole card’.

I

Insurance (Verzekering): Normaal gesproken neemt met een verzekering op een weddenschap als de dealer een zichtbare aas heeft. Het gaat erom dat de speler dan een tweede weddenschap afsluit waarbij het al dan niet hebben van een natuurlijke blackjack van de dealer de inzet is. Als de speler gelijk heeft kan hij of zij de inzet van de eerste weddenschap dubbel winnen. 

K

Kaarten tellen: dit is een strategie die gokkers gebruiken bij blackjack om na te gaan welke kaarten er al gespeeld zijn en welke niet, zodat de waarschijnlijkheid van de volgende gedeelde kaart in hogere mate kan worden vastgesteld, om hierdoor betere voorspellingen te kunnen doen.

L

Late Surrender (Late Overgave): Deze term wordt gebruikt in sommige spellen wanneer de dealer geen blackjack heeft.

P

Pat Hand: Dit suggereert dat de hand van de player bij blackjack op zijn minst 17 punten waard is. Wanneer dit gebeurt staat de blackjack speler ‘pat’.

Perfecte Paren: Bij blackjack kan het voorkomen dat een speler twee kaarten krijgt van gelijke waarde. Dit kan een gemixt paar zijn, een kleurenpaar, of een perfect paar. Een perfect paar zijn twee kaarten van dezelfde soort en van gelijke waarde.

Punten telling: Dit is een term die verwijst naar een bepaalde strategie in het kaarten tellen waarbij men de netto waarde van de kaart aan het eind van de hand telt.

Geprefereerd Schudden: dit geeft aan dat de kaarten die nog over zijn in het deck of in de schoen (shoe) worden geprefereerd door de spelers.

Push: Een push komt voor wanneer zowel de dealer als de speler eindigen met hetzelfde aantal punten. In dit geval verliest of wint de speler niets.

R

Resplit: Following a split, a player can choose to ‘resplit’ provided that he/she acquires another hand in which there is a pair. Hence, after the player opts to replit, the 2 hands he/she already has will in effect become 4 different hands.

Resplit: Nadat een speler gekozen heeft om zijn kaarten te splitten, kan deze persoon nog een keer splitten (de resplit) als deze door de nieuwe ontvangen kaart nu wederom een paar heeft. Dus dan heeft die speler van de twee handen die hij of zij al had plotseling vier onafhankelijke handen kunnen maken.

Running Count: Bij het kaarten tellen is de ‘running count’ de kaart aan het begin van het deck waarvan de kaartenteller de waarde veranderd  gevolgd door iedere volgende hand, door de punten te tellen.

S

Shiner: Een shiner is een apparaat dat men gebruikt tijdens blackjack om vals te spelen, met de shiner kun je er namelijk achter komen wat de ‘hole card’ van de dealer is.

Shoe (schoen): dit is de plek waar de kaartendecks worden bewaard, en waar vanuit de dealer meestal deelt.

Shuffle (schudden): dit is de handeling die de dealer verricht om de volgorde van de kaarten in een willekeurige stapel te positioneren.

Shuffle up: een dealer schudt alvorens dit echt nodig is om gokkers ervan te weerhouden kaarten te tellen tijdens het blackjack spel.

Soft Hand: dit is de hand waarbij men een aas heeft die 11 punten waard is, en een andere kaart. Wanneer een speler dan besluit om voor de ‘hit’ optie te gaan, is die aas geen 11 maar 1 punt waard.

Split: de term ‘split’ wordt ingezet wanneer men twee kaarten van dezelfde waarde wilt veranderen in twee onafhankelijke handen. Een paar tienen wordt dan dus twee keer een hand met een 10. Dit wordt ook wel de ‘split hand’ genoemd.

Spooking: dit is een methode die men kan gebruiken om vals te spelen in een casino, die nooit wordt toegestaan en kan resulteren in een ban. Hierbij staat er een persoon achter te dealer om het spel in de gaten te houden en een glimp van de dealers hole card te ontvangen. Vervolgens zal deze handlanger de informatie dan door-signaleneren aan een speler aan de tafel.

Stand, of Stay: Dit is de optie waar een blackjack speler voor gaat als deze geen extra kaarten meer wenst te ontvangen en blijft bij zijn/ haar hand zoals die op dat moment is.

Standing Hand: Dit is de hand die een speler heeft wanneer zijn puntenaantal totaal op 17 of hoger uitkomt. Het is onverstandig om dan nog een kaart te nemen, dus moet je kiezen voor ‘stand’.

Stand-off: dit woord is synoniem aan de term ‘push’.

Stick (Stay): deze term wordt eigenlijk alleen gebruikt in de ‘Pontoon’ variant van blackjack en betekent ‘stand’.

Stiff Hand: Dit is een hand die niet wordt gezien als erg fortuinlijk. Meestal is de totaalscore van een dergelijke hand aan de lage kant, dus achteraf gezien heeft een speler een lage kans om te winnen. Maar als de speler voor een ‘hit’ gaat is er het gevaar dat de 21 punten worden overschreden, wat resulteert in een ‘bust’.

Surrender: Bij deze blackjack optie geeft de speler op, en doet niet meer mee in de ronde. Hij/ zij krijgt dan de helft van de inzet terug.

T

Tell Play: Deze term wijst naar het observeren van het gedrag van een tegenstander of van de dealer in blackjack, om op deze wijze vast te stellen wat hij of zij in zijn/ haar hand heeft, zoals ook bij poker gebeurt.

Third Base: De term third base, oftewel derde honk, is een ander woord voor ‘anchor’.

Tie:  dit woord is synoniem met de termen ‘push’ en ‘standoff’.

Twist: Dit is wederom een term die alleen bij de ‘Pontoon’ variant van blackjack wordt gebruikt, en is een ander woord voor ‘hit’.

U

Unit (eenheid):  De ‘unit’ is bij blackjack de minimale inzet die een speler bereidt is te wedden.

Up card: de up card ligt met de afbeelding naar boven op de tafel en is vaak de eerste kaart van de dealer. Spelers kunnen zijn of haar kaart zien en vervolgens bepalen of ze wel of niet door willen gaan met hun spel.

W

Wager:  Dit is een ander woord voor het afsluiten van een weddenschap. Wanneer men blackjack speelt voor echt geld dient er altijd een inzet te worden gedaan tijdens de eerste fase van het spel.

Wonging: dit is een term die men gebruikt wanneer een speler de kaarten ‘terugtelt’, tot het moment dat hij of zij denkt dat de kansen bij een blackjack tafel in zijn voordeel  zijn. Wanneer er bepaald is dat dit moment is aangebroken zal de speler aanschuiven bij de tafel en meespelen.